Op het gebied van warmte zijn twee belangrijke wetten in voorbereiding. Beide wetten beogen een versnelling van het aardgasvrij maken van woningen en gebouwen te realiseren. De Wet collectieve warmte (Wcw) ligt bij de Raad van State voor advies. Belangrijke uitgangspunten van de wet zijn bescherming van consumenten tegen onnodig hoge tarieven, meer transparantie bieden en toekomstige warmtebedrijven komen voor meer dan 50% in handen van (lokale) overheden. Op deze manier is er meer publieke sturing die bijdraagt aan de duurzaamheid, betaalbaarheid en leveringszekerheid van de warmtelevering aan huishoudens en bedrijven.
De Wet gemeentelijke instrumenten warmtetransitie (Wgiw) is erop gericht om gemeenten de bevoegdheden te geven die nodig zijn om regie te voeren in de wijk- of gebiedsgerichte aanpak van de warmtetransitie. In april 2024 wordt deze wet behandeld in de Tweede Kamer. Deze wet verplicht gemeenten om uiterlijk in 2026 een Warmteprogramma vast te stellen. Dit is (ook) een programma zoals het instrument programma onder de Omgevingswet is bedoeld. Dit programma moet daarna vastgelegd worden in het Omgevingsplan. Dit vraagt extra capaciteit en middelen. We verwachten dat we hiervoor zo’n € 25.000 nodig zullen hebben in 2025.